ENSCHEDE - Gemeente Enschede kent veel ondernemers: groot, klein, lokaal, internationaal. Allemaal zijn ze uniek en ondernemen ze op hun eigen manier.

Deze keer in de spotlight: kleding- en textielontwerper en onderzoeker Hellen van Rees.

Toen Hellen van Rees in 2012 afstudeerde aan Central Saint Martins in Londen, had ze nog geen uitgewerkt carrière pad voor ogen. Wat ze wel wist: ik ga voor mezelf beginnen. Dat gebeurde in Twente, waar ze met haar partner ging wonen. “Ik begon in de logeerkamer van ons flatje. Gewoon, aan een tafel, naaimachine erop en de eerste collectie was geboren,” vertelt ze.

Haar eerste collectie werd gelijk geselecteerd voor shows in Londen en Parijs, een veelbelovende start. Daarnaast trok een van haar creaties ook nog eens de aandacht van niemand minder dan Lady Gaga. “Toen heb ik daar zelf een persbericht over geschreven en verstuurd. Dat leverde meteen een flinke dosis publiciteit op. En zo verscheen het op verschillende nieuwssites, zoals NU.nl.”

Waarom steeds nieuwe collecties? Dat vroeg ik me na verloop van tijd af

“In de eerste jaren werkte ik aan seizoencollecties. Gericht op de internationale markt en getoond tijdens de London, Paris & Milan Fashion Weeks. Maar na een tijdje merkte ik: dit systeem van steeds maar nieuwe collecties, puur omdat het een nieuw seizoen is, dat past me niet.” Dit markeerde de start van haar eigen werkwijze binnen Slow Fashion.

"Het verhaal, het materiaal en het maakproces staan nu centraal. Ik werk samen met Vogue Italia en Hessnatur, maar juist ook met instellingen zoals Universiteit Twente en Saxion Hogeschool. Het zijn projecten die verder gaan dan alleen mode.” Zo ontwierp ze bijvoorbeeld samen Dirksen Bedrijfskleding voor Asito circulaire bedrijfskleding, volledig geproduceerd in Twente. “Van de textiel tot het confectioneren, alles gebeurt lokaal. Dat is bijzonder in een industrie die meestal wereldwijd verspreid is.”

Momenteel werkt ze aan kleding van gerecycled plastic uit de IJssel, een initiatief met River Fashion, waar ook AC ter Kuile en Triple Benefit, ook beide uit Enschede, aan werken. “Het plastic wordt verzameld, gesmolten, gesponnen, geweven en uiteindelijk wordt er kleding van gemaakt. Een bijzonder project! Er komt zelfs statiegeld op die kleding, zodat het weer terug kan als het versleten is.”

Textiel als medische hulpmiddel

Hellen zoekt de grens op tussen mode, technologie en maatschappelijke relevantie. Een goed voorbeeld is een vestje dat ze ontwikkelde in samenwerking met MST, Universiteit Twente en Hogeschool Saxion. Het is bedoeld voor kinderen met astma en helpt hen via subtiele vibraties bij ademhalingsoefeningen. “Een soort draagbare ondersteuning, die je helpt om thuis beter te oefenen, zonder dat het aanvoelt als een medisch apparaat.”

Alleen ontwerpen? Liever niet

Wat opvalt: samenwerken is haar tweede natuur. “Ik vind het fijn om met andere partijen samen te werken. Weverijen, ontwerpers, technici, zorgprofessionals, iedereen brengt iets in. Je bouwt samen iets op, en daar leer je ook zelf weer veel van.”

Twente als thuisbasis

Hoewel haar werk internationaal wordt opgepikt, is Hellen inmiddels stevig geworteld in Twente. “Eenmaal aangekomen in het ‘verre Oosten’ ontdekte ik al snel hoe rijk de textielgeschiedenis hier is én dat Twente volop in ontwikkeling. Juist op het gebied van innovatie en duurzaamheid. Het is voor mij daarom de ideale plek om te werken en te experimenteren. Het sluit perfect aan bij mijn werk en visie.”

Geen strak carrièreplan, wel een duidelijke drijfveer

“Soms werk ik aan nieuwe materialen, soms aan bedrijfskleding, soms aan zorgtoepassingen. Wat alle projecten met elkaar gemeen hebben is de impact die ze hebben. Het zijn ontwerpen met een doel. Ontwerpen die echt iets toevoegen.”